De kansen van kalkmeststoffen
Kalkmeststoffen zijn uitermate geschikt om de pH (zuurgraad) van de grond te verhogen. Het najaar is het ideale moment om de pH op niveau te brengen, omdat kalk tijd nodig heeft om in te werken. In de praktijk zien we dat veel van deze percelen een te lage pH hebben. Maar hoe worden kalkmeststoffen het best toegepast?
Werking van kalk
De snelheid waarmee een kalkmeststof tot werking komt, wordt bepaald door de fijnheid van de meststof. Zo heeft fijne kalk een hogere werkingssnelheid. Ook het vochtgehalte van de kalk is van invloed op de werking: hoe droger de kalk, hoe sneller de werking. Daarnaast kunnen we ook stellen dat we een snellere werking zien als het magnesiumgehalte van de meststof laag is. Tot slot speelt de herkomst van de kalk een belangrijke rol.
Juiste keuze
Afhankelijk van het tijdstip, waarop de bekalking wordt uitgevoerd, dient de juiste keuze gemaakt te worden tussen fijne of minder fijne kalk. Bij een voorjaarsbekalking is een fijne kalk met weinig of geen magnesium het meest geschikt. Beter nog is vloeibare kalk, omdat de deeltjes kleiner zijn. Bij een najaarsbekalking is het gebruik van minder fijne, magnesiumhoudende kalk goed. Pas echter op met hoge magnesiumgiften, hierdoor kan kali en calcium van het CEC worden verdrongen.
Kalk versus gips
Vaak worden kalk en gips met elkaar verward. Kalk verhoogt de pH-waarde, terwijl gips dat niet doet. Gips verhoogt het calciumgetal van de bodem en het gebruik van gips leidt (met name op kleigronden) tot een betere bodemstructuur.
Reactiviteit van kalkmeststoffen
We zagen dus al eerder dat fijnheid van de deeltjes, het vochtgehalte en het magnesiumgehalte in kalk de aanvangswerking beïnvloeden. Een aantal jaren geleden is daarom een methode ontwikkeld waarmee die snelheid gemeten wordt. Deze factor, de reactiviteit van kalkmeststoffen, geeft aan hoeveel nw er in korte tijd van een bepaalde kalksoort tot werking komt. Een hogere reactiviteit zorgt dus voor een hogere werkingssnelheid.
Meer weten? Bekijk de flyer kalkmeststoffen of vraag ernaar bij uw CZAV-adviseur.