Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van meststoffenregelgeving 2022-2030

Meststoffenbeleid is voor de Nederlandse overheid een heet hangijzer. Reden daarvoor is dat we als Nederland steeds niet voldoen aan een aantal richtlijnen op nationaal en Europees niveau. De bekendste is de Nitraatrichtlijn van Europa, waarin een norm gesteld wordt aan de hoeveelheid stikstof (nitraat) in het grondwater. Half jaren 90 werd deze EU-wetgeving ingesteld omdat bleek dat diverse landen (oa Denemarken, België en Nederland) veel te hoge concentraties lieten zien in het grondwater. Vaak komt overschrijding van de nitraatrichtlijn voor in gebieden met een hoge vee dichtheid in combinatie met uitspoeling gevoelige gronden. Ook de kwaliteit van het oppervlaktewater is gereguleerd in de Kaderrichtlijn Water.

 

Aanpassing van de norm

Om aan de Nitraatrichtlijn te voldoen heeft de EU ook een norm uitgevaardigd: als voldaan wordt aan de toediening van maximaal 170 kg stikstof per ha uit dierlijke mest, kan volgens de EU de nitraatrichtlijn gehaald worden. De veebezetting in Nederland is echter zodanig hoog dat de 170 kg N voor heel veel bedrijven overschreden wordt. Bovendien kan (blijvend) grasland veel meer stikstof opnemen dan die 170 kilo. Daarom vraagt Nederland voor graasdierbedrijven derogatie aan: een verzoek aan de EU om af te mogen wijken van de norm van 170 kg N/ha. We moeten daarbij echter elke periode (een actieprogramma duurt 4 jaar) aan de EU aangeven welke aanvullende maatregelen we als land nemen om wel te kunnen voldoen aan de nitraatrichtlijn van maximaal 50 mg nitraat in het grondwater. Na verleende derogatie kunnen bedrijven met meer dan 80% grasland een hogere veebezetting en mestgift toepassen: max 230/250 kg N/ha uit graasdierenmest. De door de EU geëiste aanvullende maatregelen (zoals bv een N-gewasnorm incl kunstmest) gelden echter voor alle bedrijven, ook voor niet-derogatiebedrijven zoals de akker- en tuinbouwbedrijven.

 

West Nederland loopt achter

Na dit jaar loopt het 6e actieprogramma Nitraatrichtlijn af. Dit betekent dat we als Nederland al 24 jaar een uitzondering aanvragen op de norm van 170 kg N uit mest. De EU stelt namelijk de voorwaarde dat elke meting van grondwater moet voldoen aan de norm van <50 mg nitraat. Op enkele plaatsen in Nederland (voornamelijk zuidoostelijke zand en löss) wordt deze norm nog steeds niet gehaald. Met name in het waterrijke westen van Nederland wordt op veel locaties ook nog niet voldaan aan de normen voor de kwaliteit van oppervlaktewater (stikstof én fosfaat). Strenge mineralenwetgeving zal de Nederlandse landbouw dus ook de komende jaren in zijn greep houden.

 

Nieuw plan van de overheid

Demissionair minister Schouten heeft bij haar aantreden 4 jaar geleden al aangegeven dat wat haar betreft de mineralenwetgeving in Nederland veel te ingewikkeld is geworden. Daarom heeft ze de afgelopen regeerperiode gewerkt aan een nieuw mestbeleid wat per 2026 in zou moeten gaan. In de volgende nieuwsbrief zullen we de voorstellen voor dit nieuwe mestbeleid uitdiepen, waarna we in deel 3 het 7e actieprogramma 2022-2025 behandelen.